Hoe kan een dak- en thuisloze zich thuis voelen in een woongebouw?
Een woonzorggebouw aan de A-10 voor dak- en thuislozen. Met ‘4 gebouwen in 1’: een huis voor passanten, een huis voor groepswoningen, een internaat en een aantal zelfstandige woningen. Een mogelijke wooncarriere van compleet begeleidt tot zelfstandig wonen.
Een met 2-kleurig aluminium bekleed volume is rondom een groene buitenruimte gevouwen en bovenop een stevige natuurstenen plint geplaatst. Aan die buitenruimte zijn alle algemene vertrekken geordend; van keuken en (groeps)woonkamer tot de entrees van de individuele woningen. In de natuurstenen plint is een kunstproject van Frederik Molenschot ‘getatoeërd’: uitgelaserde iconen, ontworpen op basis van intensief overleg met de toekomstige bewoners, met verwijzingen naar de ‘sleutel tot geluk’.
Met een onder- (plint), tussen- (laagbouw aan de straat) en bovenwereld (toren aan de A-10) is de aansluiting met de omgeving gevonden op 3 schaalniveaus: straat, buurt en stad. De architectuur sluit aan op het optimisme van de naoorlogse Westelijke Tuinsteden.
De fascinaties die aan de basis van het ontwerp liggen zijn de spanningen tussen het individu –de dak- en thuisloze- en het collectief –het woongebouw. De gradatie van collectief naar individueel wonen, in één gebouw, is terug te vinden in de architectuur, indeling, interieur en identiteit van het woongebouw.